De manege binnenlopen is een imposante ervaring. Het pand werd gebouwd naar voorbeeld van de Spaanse
Rijschool in Wenen. Het interieur is dan ook rijkelijk versierd en heeft bijzondere kenmerken zoals een ijzeren
dakkap, balustrades en schitterende detailleringen in het interieur. De gegoede burgerij en het koninklijk huis waren hier ‘klant’. Het gebouw dreigde in de jaren zeventig te worden gesloopt, maar grootschalige protesten voorkwamen dat. Na een ingrijpende restauratie in 1986 kon de manege in 2007 het 125-jarig bestaan in dit gebouw vieren. Sinds 2014 fungeert het ook als ‘Levend Paardenmuseum’.
Verduurzaming
In 2018 startte een volgende fase: Stadsherstel Amsterdam kocht het pand van de gemeente met het doel het complex opnieuw te restaureren en te verduurzamen. Geheel volgens de doelstellingen van de gemeente gaat het pand ‘van het gas af’. De verbouwing is in volle gang. Intussen wordt het gebouw ‘gewoon’ gebruikt voor wedstrijden en 700 rijlessen per week. Terwijl monteurs aan het werk zijn, kijken de paarden vanuit de stallen nieuwsgierig toe.
Aardgasvrij
We maken een rondje door het gebouw met Michael Nijdam van technisch adviseur Idea, Cor Cuiper van Technisch Buro Kaptein en Jordy van den Berg van exclusief importeur Alklima. De grootschalige aanpak van de manege past in het beleid van de gemeente, zegt Nijdam: “Amsterdam wil zo veel mogelijk gemeentelijke panden en monumenten verduurzamen en aardgasvrij maken. Tegelijk wordt het hele pand gerestaureerd, waarbij onder andere de leidingen worden vernieuwd. Eén van onze eerste acties was om alle ketels en radiatoren te verwijderen. Daarvoor in de plaats komen lucht-/lucht en lucht-/water warmtepompen die Alklima / Mitsubishi Electric levert. Ze zorgen voor verwarming en koeling via in totaal twaalf binnen-units. Die worden omkast op plekken waar ze in het zicht staan. Daarnaast plaatsen we een mechanisch ventilatiesysteem.”
Vloerverwarming
De vloerverwarming is een opvallend element, of beter gezegd: zeer onopvallend. De bestaande bestrating in het ontvangstgedeelte, waarover de paarden vanuit hun stallen naar de ‘bak’ lopen, is verwijderd. Vervolgens is er beton gestort, waarop de vloerverwarmingsleidingen zijn aangebracht. Daar is de oude bestrating weer overheen gelegd. De installatie zorgt ook voor de productie van warm tapwater. Dat wordt onder andere gebruikt voor de douches en in het appartement dat in de manege is ondergebracht.
Creativiteit gewenst
Werken in zo’n monumentaal pand vraagt veel creativiteit, merkt Nijdam: “We kunnen niet ‘zomaar’ leidingen tegen plafonds timmeren. Al het kabel- en leidingwerk moet in wanden en vloeren worden weggewerkt. Samen met architect Van Stigt zoeken we per ruimte naar een oplossing. Van dit soort oude gebouwen zijn er in het algemeen geen tekeningen. Of latere aanpassingen zijn niet in de tekeningen verwerkt. Het is trial and error. Je gaat op zoek naar ruimte, haalt plafonds open en kijkt achter wanden tot je plekken vindt waar je delen van de installatie kwijt kunt. Bij de uitvoering werk je niet met een BIM-model om vooraf de installatie te modelleren. Met alle partijen zoek je steeds naar de beste oplossingen. Dat is een belangrijke reden waarom we regelmatig heel praktische bouwvergaderingen hebben.” Cuiper wijst op het plafond onder de (uitschuifbare) tribune: “We hebben het plafond opengelegd en daar ruimte gevonden voor de leidingtracés.” Er is een unit voor verwarming en koeling tussen het plafond ‘gelepeld’ met alle schachten voor de luchtbehandeling. Daarnaast vragen andere voorzieningen ruimte, zoals kabels en leidingen.
Samenwerking met meerwaarde
Ondanks het gepuzzel vindt Cuiper dit soort projecten prachtig: “Het is vol dynamiek en elke dag kom je voor nieuwe vragen te staan. We werken ook vaak met Idea samen bij het installeren in nieuwe en gerenoveerde hotels. Dat zijn ook mooie projecten, maar je hebt er veel meer herhaling. Elke hotelkamer is grotendeels gelijk. Hier is elke ruimte anders en weet je niet wat je tegenkomt. Bovendien kijkt Monumentenzorg mee: die is kritisch op wat er wel en niet mogelijk is. Daardoor gebeurt het regelmatig dat wat we hebben bedacht, toch weer anders moet. En dat de binnen-unit die we in de werkplaats klaar hebben staan, toch niet past. Ze zullen bij Alklima / Mitsubishi Electric wel eens gek van ons worden”, veronderstelt hij. Dat blijkt mee te vallen, zegt Van den Berg: “Ondanks de goede voorbereidingen, moeten er soms aanpassingen worden gedaan in het type binnen-units. Daar komen we onderling altijd uit.”
Lastig plannen
Een project als dit plannen is lastig, zegt Cuiper: “Je weet nooit hoe het loopt en dus kan het zijn dat we op geplande dagen niet kunnen werken. Of dat we van aannemer TBI/Nico de Bont onverwacht het verzoek krijgen om de volgende dag te komen werken. We proberen daar zo goed mogelijk op in te spelen. Ook bij de keuze van de monteurs die we inzetten, letten we op. Niet iedereen heeft gevoel bij dit bijzondere werk. Eén van onze monteurs beschouwt de manege echt als ‘zijn’ project: als hij een dag elders heeft gewerkt, rijdt hij even langs om te kijken hoe het bij de manege gaat. Ik merk in dit soort projecten wel dat de monteurs graag voortgang willen zien. Als een project erg traag verloopt, gaat de lol er wat vanaf. Maar voor ons als bedrijf staat vast dat je aan dit soort projecten mee moet doen. Stap je niet in verduurzamingsprojecten met moderne technieken, dan heb je over vijf jaar niets meer te doen.”
Korte lijnen
Vanwege de complexiteit, houdt Nijdam de lijnen in het project kort: “Bij andere renovaties schakelen we ook vaak een totaalinstallateur in, die het technische werk van onder meer Kaptein coördineert. Daarvoor hebben we bij de manege niet gekozen: het klimaatdeel is naar schatting 80 procent van het technische werk, daarom hebben we rechtstreeks contact met Kaptein. Op die manier kunnen we eventuele problemen tijdens de bouwvergadering oplossen, zonder dat overleg met andere partijen nodig is.”
Tip
De geplande afronding van de werkzaamheden is in december 2019. Tip: neem te zijner tijd een kijkje en bewonder de fraaie inpassing van de installatie in het prachtige decor van de manege. En realiseer je dat met creativiteit en vakmanschap elk gebouw gasloos kan worden.
Foto’s: Ferdinand Pronk.